Provided by: dpkg-dev_1.19.0.5ubuntu2.4_all bug

NAAM

       dpkg-buildpackage - binaire of broncodepakketten bouwen uit de broncode

OVERZICHT

       dpkg-buildpackage [optie...]

BESCHRIJVING

       dpkg-buildpackage  is  een  programma  dat het proces van het bouwen van een Debian pakket
       automatiseert. Het bestaat uit de volgende stappen:

       1. Het  bereidt  de  bouwomgeving  voor  door  verschillende  omgevingsvariabelen  in   te
          stellen(zie  OMGEVING),  voert  de  uitbreiding  (hook)  init  uit en roept dpkg-source
          --before-build aan (tenzij -T of --target gebruikt werd).

       2. Het controleert of voldaan is  aan  de  bouw-vereisten  en  de  bouw-tegenstrijdigheden
          (tenzij -d of --no-check-builddeps opgegeven werd).

       3. Indien  met  de optie -T of --target een of meer specifieke doelen geselecteerd werden,
          roept het deze doelen aan en stopt dan. Anders voert het de uitbreiding (hook) preclean
          uit en roept het fakeroot debian/rules clean aan om de bouwboom zuiver te maken (tenzij
          -nc of --no-pre-clean opgegeven werd).

       4. Het voert de uitbreiding  (hook)  source  uit  en  roept  dpkg-source  -b  aan  om  het
          broncodepakket  te genereren (indien het bouwen van source aangevraagd werd met --build
          of gelijkwaardige opties).

       5. Het voert de uitbreiding (hook) build uit en roept debian/rules build-target  aan.  Het
          voert  vervolgens  de uitbreiding (hook) binary uit, gevolgd door fakeroot debian/rules
          binary-target  (tenzij  enkel  de  bouw  van  het  broncodepakket  gevraagd  werd   met
          --build=source  of  gelijkwaardige  opties).  Merk op dat build-target en binary-target
          ofwel build en binary zijn (de standaardsituatie, of indien een bouw van het  type  any
          en  all  aangevraagd  werd  met  --build of gelijkwaardige opties), ofwel build-arch en
          binary-arch (indien een bouw van het type  any  maar  niet  all  aangevraagd  werd  met
          --build  of  gelijkwaardige opties), ofwel build-indep en binary-indep (indien een bouw
          van het type all maar niet any aangevraagd werd met --build of gelijkwaardige opties).

       6. It runs the buildinfo hook and calls dpkg-genbuildinfo to generate a  .buildinfo  file.
          Several dpkg-buildpackage options are forwarded to dpkg-genbuildinfo.

       7. It  runs  the  changes hook and calls dpkg-genchanges to generate a .changes file.  The
          name of the .changes file will depend on the type of build and will be as  specific  as
          necessary   but   not   more;   for  a  build  that  includes  any  the  name  will  be
          source-name_binary-version_arch.changes, or otherwise for a build that includes all the
          name  will  be  source-name_binary-version_all.changes,  or  otherwise for a build that
          includes source  the  name  will  be  source-name_source-version_source.changes.   Many
          dpkg-buildpackage options are forwarded to dpkg-genchanges.

       8. Het voert de uitbreiding (hook) postclean uit en als -tc of --post-clean werd opgegeven
          zal het nogmaals fakeroot debian/rules clean aanroepen.

       9. Het roept dpkg-source --after-build aan.

       10.
          Het voert de uitbreiding (hook) check uit en roept een pakketcontroleprogramma aan voor
          nazicht van het bestand .changes (indien er in DEB_CHECK_COMMAND of met --check-command
          een commando opgegeven werd).

       11.
          Het voert de uitbreiding (hook) sign uit en roept gpg2 of gpg aan (voor zover het  geen
          bouw  van  het  type UNRELEASED is) voor het ondertekenen van het bestand .dsc (als dat
          bestaat, tenzij -us of --unsigned-source opgegeven werden), van het bestand  .buildinfo
          (tenzij  -ui,  --unsigned-buildinfo, -uc of --unsigned-changes opgegeven werden) en van
          het bestand .changes (tenzij -uc of --unsigned-changes opgegeven werden).

       12.
          Het voert de uitbreiding (hook) done uit.

OPTIES

       Alle opties kunnen zowel opgegeven worden aan de  commandoregel  als  in  de  systeem-  en
       gebruikersconfiguratiebestanden    voor    dpkg-buildpackage.    Elke    regel    in   het
       configuratiebestand is ofwel een optie (exact hetzelfde als  de  commandoregeloptie,  maar
       zonder de verbindingsstreepjes aan het begin) of commentaar (als hij begint met een ‘#’).

       --build=type
              Geeft  het  bouw-type  op  vanuit een lijst van door komma's gescheiden componenten
              (sinds dpkg 1.18.5). Wordt doorgegeven aan dpkg-genchanges.

              De waarden die gebruikt mogen worden zijn:

              source Bouwt het broncodepakket. Opmerking: Indien u deze waarde op zichzelf staand
                     gebruikt  en indien het gewoon (opnieuw) bouwen van het bronpakket het enige
                     is wat u wilt doen, dan is het altijd beter  om  dpkg-source  te  gebruiken,
                     aangezien  dat niet vereist dat eventuele bouwvereisten geïnstalleerd worden
                     om het doel clean te aanroepen.

              any    Bouwt de architectuurspecifieke binaire pakketten.

              all    Bouwt de architectuuronafhankelijke binaire pakketten.

              binary Bouwt de architectuurspecifieke  en  de  architectuuronafhankelijke  binaire
                     pakketten. Dit is een alias voor any,all.

              full   Bouwt  alles.  Dit  is  een  alias  voor  source,any,all  en identiek aan de
                     standaardsituatie wanneer geen bouwoptie opgegeven werd..

       -g     Het equivalent van --build=source,all (sinds dpkg 1.17.11).

       -G     Het equivalent van --build=source,any (sinds dpkg 1.17.11).

       -b     Het equivalent van --build=binary of --build=any,all.

       -B     Het equivalent van --build=any.

       -A     Het equivalent van --build=all.

       -S     Het equivalent van --build=source.

       -F     Het equivalent van --build=full,  --build=source,binary  of  --build=source,any,all
              (sinds dpkg 1.15.8).

       --target=doel[,...]
       --target doel[,...]
       -T, --rules-target=doel[,...]
              Roept  na  het opzetten van de bouwomgeving per opgegeven doel eenmaal debian/rules
              doel aan en stopt het proces van het bouwen van het pakket hier (sinds dpkg 1.15.0,
              de  lange optie sinds dpkg 1.18.8, de ondersteuning voor meerdere doelen sinds dpkg
              1.18.16).  Indien  ook  --as-root  opgegeven  werd,  dan  wordt  het  commando  als
              systeembeheerder  uitgevoerd  (zie  --root-command). Merk op dat gekende doelen die
              verplicht als systeembeheerder moeten uitgevoerd  worden,  deze  optie  niet  nodig
              hebben (d.w.z. de doelen clean, binary, binary-arch en binary-indep).

       --as-root
              Enkel  zinvol  in  samenhang met --target (sinds dpkg 1.15.0). Vereist dat het doel
              met systeembeheerdersrechten uitgevoerd wordt.

       -si
       -sa
       -sd
       -vversie
       -Cbeschrijving-van-de-wijzigingen
       -m, --release-by=adres-van-de-pakketonderhouder
       -e, --build-by=adres-van-de-pakketonderhouder
              Wordt ongewijzigd doorgegeven aan dpkg-genchanges. Zie de man-pagina ervan.

       -a, --host-arch architectuur
              Geef de Debian-architectuur op waarvoor we bouwen (lange optie sinds dpkg 1.17.17).
              De  architectuur  van de machine waarop we bouwen, wordt automatisch vastgesteld en
              ze wordt ook als standaard genomen voor de hostmachine.

       -t, --host-type gnu-systeemtype
              Geef het GNU-systeemtype op waarvoor we bouwen (lange optie  sinds  dpkg  1.17.17).
              Het  kan  gebruikt worden in de plaats van --host-arch of als een aanvulling om het
              standaard GNU-systeemtype voor de Debian-architectuur van de host aan te passen.

       --target-arch architectuur
              Geef de Debian-architectuur op  waarvoor  de  gebouwde  programma's  zullen  bouwen
              (sinds dpkg 1.17.17). De standaardwaarde is de hostmachine.

       --target-type gnu-systeemtype
              Geef  het  GNU-systeemtype op waarvoor de gebouwde programma's zullen bouwen (sinds
              dpkg 1.17.17). Het kan gebruikt worden in de plaats van --target-arch  of  als  een
              aanvulling  om het standaard GNU-systeemtype voor de Debian doelarchitectuur aan te
              passen.

       -P, --build-profiles=profiel[,...]
              Geef het/de  profiel(en)  die  we  bouwen  op  in  een  lijst  met  een  komma  als
              scheidingsteken  (sinds  dpkg  1.17.2,  de  lange  optie  sinds  dpkg  1.18.8). Het
              standaardgedrag is om niet voor een specifiek profiel te bouwen. Stelt  ze  ook  in
              (als  een  lijst  met  een  spatie  als  scheidingsteken) als de omgevingsvariabele
              DEB_BUILD_PROFILES, hetgeen  bijvoorbeeld  toelaat  aan  debian/rules-bestanden  om
              gebruik te maken van deze informatie bij voorwaardelijke bouwoperaties.

       -j, --jobs[=taken|auto]
              Aantal  taken  dat  gelijktijdig  mag  uitgevoerd  worden, waarbij het aantal taken
              overeenkomt met het aantal beschikbare processoren als auto opgegeven  werd  (sinds
              dpkg 1.17.10), of onbeperkt is als taken niet opgegeven werd. Dit is het equivalent
              van de gelijknamige optie voor make(1) (sinds dpkg 1.14.7, lange optie  sinds  dpkg
              1.18.8).  Het voegt zichzelf toe aan de omgevingsvariabele MAKEFLAGS, waardoor elke
              erop volgende aanroep van make de optie overerft en parallelle  taakuitvoering  dus
              opgelegd  wordt  bij  het  maken  van  pakketten  (en  mogelijks ook oplegt aan het
              bouwsysteem van de toeleveraar indien dat gebruik maakt  van  make),  ongeacht  het
              feit  of  er ondersteuning is voor het in parallel bouwen, hetgeen tot mislukkingen
              bij het bouwen kan leiden. Het voegt ook parallel=taken  of  parallel  toe  aan  de
              omgevingsvariabele DEB_BUILD_OPTIONS, hetgeen debian/rules-bestanden in staat stelt
              van deze informatie gebruik te maken voor eigen  doeleinden.  De  waarde  -j  heeft
              voorrang   op   de  optie  parallel=taken  of  parallel  in  de  omgevingsvariabele
              DEB_BUILD_OPTIONS. Merk op dat  de  waarde  auto  zal  vervangen  worden  door  het
              effectieve  aantal  momenteel  actieve  processoren en ze dus als zodanig naar geen
              enkel onderliggend proces doorgegeven zal worden.  Indien  het  aantal  beschikbare
              processoren  niet afgeleid kan worden, dan zal de code terugvallen op het gebruiken
              van seriële uitvoering (sinds dpkg 1.18.15), hoewel dit enkel zou mogen gebeuren op
              exotische en niet-ondersteunde systemen.

       -J, --jobs-try[=taken|auto]
              Deze  optie (sinds dpkg 1.18.2, de lange optie sinds dpkg 1.18.8) is het equivalent
              van de optie -j, behalve dat ze de omgevingsvariabele MAKEFLAGS niet  instelt.  Als
              zodanig is het veiliger om ze te gebruiken met elk pakket, ook met die waarvoor het
              niet zeker is dat in parallel bouwen mogelijk is.

              auto is het standaardgedrag (sinds dpkg 1.18.11). Het aantal jobs  instellen  op  1
              zal het seriële gedrag opnieuw instellen.

       -D, --check-builddeps
              Controleer  bouwvereisten en tegenstrijdigheden en breek af als er niet aan voldaan
              is (de lange optie sinds dpkg 1.18.8). Dit is het standaardgedrag.

       -d, --no-check-builddeps
              Controleer bouwvereisten en tegenstrijdigheden niet  (de  lange  optie  sinds  dpkg
              1.18.8).

       --ignore-builtin-builddeps
              Controleer ingebouwde bouwvereisten en tegenstrijdigheden niet (sinds dpkg 1.18.2).
              Dit  zijn  de  distributiespecifieke  impliciete   bouwvereisten   die   gewoonlijk
              noodzakelijk zijn in een bouwomgeving, de zogenaamde set van pakketten van het type
              Build-Essential.

       -nc, --no-pre-clean
              Schoon de broncodeboom niet op (de lange optie sinds dpkg  1.18.8).  Impliceert  -b
              indien  geen  van de opties -F, -g, -G, -B, -A of -S gekozen werd. Gecombineerd met
              -S impliceert dit -d (sinds dpkg 1.18.0).

       --pre-clean
              Schoon voor het bouwen de broncodeboom op (sinds dpkg 1.18.8).

       -tc, --post-clean
              Schoon de broncodeboom op (met commando-om-root-te-worden debian/rules clean) nadat
              het pakket gebouwd werd (de lange optie sinds dpkg 1.18.8).

       -r, --root-command=commando-om-root-te-worden
              Wanneer  dpkg-buildpackage  een deel van het bouwproces in de hoedanigheid van root
              (systeembeheerder)  moet  uitvoeren,  laat  het  het  commando  dat  het   uitvoert
              voorafgaan  door  commando-om-root-te-worden indien er een opgegeven werd (de lange
              optie sinds dpkg 1.18.8). Anders, als  er  geen  opgegeven  werd,  wordt  standaard
              fakeroot  gebruikt als het beschikbaar is. commando-om-root-te-worden moet beginnen
              met de naam van een programma in het PATH en krijgt als argumenten de naam van  het
              echte  commando  dat  uitgevoerd moet worden en de argumenten die het moet krijgen.
              commando-om-root-te-worden kan parameters  bevatten  (ze  moeten  met  spaties  van
              elkaar    gescheiden    worden)    maar   geen   shell-metatekens.   Doorgaans   is
              commando-om-root-te-worden fakeroot, sudo, super of really. su  is  niet  geschikt,
              aangezien  het  enkel  de shell van de gebruiker kan aanroepen met -c in plaats van
              afzonderlijke argumenten door te geven aan het uit te voeren commando.

       -R, --rules-file=rules-bestand
              Een Debian-pakket bouwen houdt meestal het aanroepen van debian/rules  in  als  een
              commando  met verschillende standaardparameters (sinds dpkg 1.14.17, de lange optie
              sinds dpkg 1.18.8). Met deze optie is het mogelijk om een andere  programma-aanroep
              te gebruiken om het pakket te bouwen (ze kan parameters bevatten die onderling door
              spaties gescheiden worden). Anderzijds kan de optie  ook  gebruikt  worden  om  het
              standaard  rules-bestand  uit  te voeren met een ander make-programma (bijvoorbeeld
              door /usr/local/bin/make -f debian/rules te gebruiken als rules-bestand).

       --check-command=controlecommando
              Commando dat gebruikt wordt om het bestand  .changes  zelf  en  eventuele  gebouwde
              artefacten  waarnaar  in  het  bestand  verwezen  wordt, te controleren (sinds dpkg
              1.17.6). Het commando moet als argument de padnaam van .changes krijgen. Gewoonlijk
              is dit commando lintian.

       --check-option=optie
              Geef  optie  optie  door  aan  het  controlecommando  dat  gespecificeerd  werd met
              DEB_CHECK_COMMAND  of  met  --check-command  (sinds  dpkg  1.17.6).  Kan  meermaals
              gebruikt worden.

       --hook-hook-naam=hook-commando
              Stelt de opgegeven shell-code hook-commando in als de uitbreiding (hook) hook-naam,
              die zal uitgevoerd worden op de momenten die in de uitvoeringsstappen  gepreciseerd
              worden  (sinds  dpkg  1.17.6).  De  uitbreidingen  (hooks) zullen steeds uitgevoerd
              worden, zelfs als de volgende actie niet uitgevoerd wordt (met uitzondering voor de
              uitbreiding  (hook) binary). Alle uitbreidingen (hooks) zullen uitgevoerd worden in
              de map van de uitgepakte broncode.

              Opmerking: uitbreidingen (hooks) kunnen het bouwproces beïnvloeden  en  leiden  tot
              het  mislukken van de bouw als hun commando's falen. Wees dus alert voor onbedoelde
              consequenties.

              Momenteel worden de volgende hook-namen ondersteund

              init preclean source build binary buildinfo changes postclean check sign done

              Het hook-commando ondersteunt de volgende substitutie-indelingstekenreeksen, die er
              voorafgaand aan de uitvoering op toegepast zullen worden:

              %%     Eén enkel %-teken.

              %a     Een booleaanse waarde (0 of 1), die aangeeft of de volgende actie uitgevoerd
                     wordt of niet.

              %p     De naam van het broncodepakket.

              %v     De versie van het broncodepakket.

              %s     De versie van het broncodepakket (zonder de epoch).

              %u     Het upstream versienummer (toeleveraarsversie).

       --buildinfo-option=optie
              Geef optie optie door aan dpkg-genbuildinfo (sinds  dpkg  1.18.11).  Kan  meermaals
              gebruikt worden.

       -p, --sign-command=ondertekeningscommando
              Als  dpkg-buildpackage  GPG  moet  uitvoeren  om  een controlebestand (.dsc) van de
              broncode of een bestand .changes te ondertekenen zal het ondertekeningscommando (en
              indien  nodig  daarbij het PATH doorzoeken) uitvoeren in plaats van gpg2 of gpg (de
              lange optie sinds dpkg 1.18.8). Aan ondertekeningscommando zullen  alle  argumenten
              meegegeven   worden   die   anders   aan   gpg2   of   gpg   gegeven  zouden  zijn.
              ondertekeningscommando mag geen spaties bevatten en geen andere shell-metatekens.

       -k, --sign-key=sleutel-id
              Geef de sleutel-ID op die gebruikt moet worden om  pakketten  te  ondertekenen  (de
              lange optie sinds dpkg 1.18.8).

       -us, --unsigned-source
              Onderteken het broncodepakket niet (de lange optie sinds dpkg 1.18.8).

       -ui, --unsigned-buildinfo
              Onderteken het bestand .buildinfo niet (sinds dpkg 1.18.19).

       -uc, --unsigned-changes
              Onderteken  de  bestanden  .buildinfo  en  .changes niet (de lange optie sinds dpkg
              1.18.8).

       --no-sign
              Onderteken geen enkel bestand; dit omvat het broncodepakket, het bestand .buildinfo
              en het bestand .changes (sinds dpkg 1.18.20).

       --force-sign
              Verplicht  het  ondertekenen  van  de  resulterende  bestanden (sinds dpkg 1.17.0),
              ongeacht -us, --unsigned-source, -ui, --unsigned-buildinfo, -uc, --unsigned-changes
              of overige interne heuristiek.

       -sn
       -ss
       -sA
       -sk
       -su
       -sr
       -sK
       -sU
       -sR
       -i, --diff-ignore[=regex]
       -I, --tar-ignore[=patroon]
       -z, --compression-level=niveau
       -Z, --compression=compressor
              Wordt ongewijzigd doorgegeven aan dpkg-source. Zie de man-pagina ervan.

       --source-option=optie
              Geef  optie  optie door aan dpkg-source (sinds dpkg 1.15.6). Kan meermaals gebruikt
              worden.

       --changes-option=optie
              Geef optie optie door  aan  dpkg-genchanges  (sinds  dpkg  1.15.6).  Kan  meermaals
              gebruikt worden.

       --admindir=map
       --admindir map
              Geef  een  andere  locatie  op  voor  de  database van dpkg (sinds dpkg 1.14.0). De
              standaardlocatie is /var/lib/dpkg.

       -?, --help
              Toon info over het gebruik en sluit af.

       --version
              Toon de versie en sluit af.

OMGEVING

   Externe omgeving
       DEB_CHECK_COMMAND
              Indien dit ingesteld werd, zal het gebruikt worden als  het  commando  waarmee  het
              bestand  .changes gecontroleerd wordt (sinds dpkg 1.17.6). De optie --check-command
              heeft hierop voorrang.

       DEB_SIGN_KEYID
              Indien dit ingesteld werd, zal het gebruikt worden om de bestanden .changes en .dsc
              te ondertekenen (sinds dpkg 1.17.2). De optie --sign-key heeft hierop voorrang.

       DEB_BUILD_OPTIONS
              Indien  dit  ingesteld  werd,  bevat  het  een  lijst  van  door spaties van elkaar
              gescheiden opties die het bouwproces kunnen  beïnvloeden  in  debian/rules  en  het
              gedrag van sommige dpkg-commando's.

              Bij nocheck zal de variabele DEB_CHECK_COMMAND genegeerd worden. Bij parallel=N zal
              het aantal parallelle taken op N ingesteld worden, maar de optie  --jobs-try  heeft
              hierop voorrang.

       DEB_BUILD_PROFILES
              Indien   dit   ingesteld   werd,   zal  het  gebruikt  worden  als  het/de  actieve
              bouwprofiel(en) voor het pakket dat gebouw wordt (sinds dpkg 1.17.2).  Het  is  een
              lijst  van  profielnamen die onderling door een spatie gescheiden zijn. De optie -P
              heeft hierop voorrang.

       DPKG_COLORS
              Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die  momenteel  gebruikt  mogen
              worden zijn: auto (standaard), always en never.

   Interne omgeving
       Zelfs al exporteert dpkg-buildpackage sommige variabelen, toch mag debian/rules er niet op
       rekenen dat ze aanwezig zijn en moet het  in  de  plaats  daarvan  gebruik  maken  van  de
       desbetreffende interface om de benodigde variabelen op te halen, aangezien dat bestand.het
       belangrijkste aanspreekpunt is voor het bouwen van pakketten en  de  op  zichzelf  staande
       uitvoering ervan ondersteund moet zijn.

       DEB_BUILD_*
       DEB_HOST_*
       DEB_TARGET_*
              dpkg-architecture  wordt  aangeroepen  met  de  doorgegeven  parameters  -a  en -t.
              Eventuele variabelen die zijn optie -s als uitvoer geeft, worden in de bouwomgeving
              geïntegreerd.

       DEB_RULES_REQUIRES_ROOT
              This  variable  is  set to the value obtained from the Rules-Requires-Root field or
              from  the  command-line.   When  set,  it  will  be   a   valid   value   for   the
              Rules-Requires-Root   field.   It  is  used  to  notify  debian/rules  whether  the
              rootless-builds.txt specification is supported.

       DEB_GAIN_ROOT_CMD
              This variable is set to gain-root-command when the field Rules-Requires-Root is set
              to a value different to no and binary-targets.

       SOURCE_DATE_EPOCH
              Deze  variabele  wordt ingesteld op de Unix-tijd (timestamp) sinds het tijdstip (de
              epoch) van het  laatste  item  in  debian/changelog,  voor  zover  hij  niet  reeds
              gedefinieerd is.

BESTANDEN

       /etc/dpkg/buildpackage.conf
              Configuratiebestand dat voor het hele systeem geldt

       $XDG_CONFIG_HOME/dpkg/buildpackage.conf of
       $HOME/.config/dpkg/buildpackage.conf
              Configuratiebestand dat gebruikersafhankelijk is.

OPMERKINGEN

   Compileervlaggen worden niet langer geëxporteerd
       Tussen  dpkg  1.14.17  en  1.16.1  exporteerde dpkg-buildpackage compileervlaggen (CFLAGS,
       CXXFLAGS,  FFLAGS,  CPPFLAGS  en  LDFLAGS)  met  de  waarden  die   door   dpkg-buildflags
       teruggegeven werden. Dit is niet langer het geval

   Standaard bouwdoelen
       dpkg-buildpackage  gebruikt  sinds  dpkg  1.16.2 de doelen build-arch en build-indep. Deze
       doelen zijn dus verplicht. Maar om te vermijden dat bestaande pakketten defect raken en om
       de   overgang   te  vergemakkelijken,  zal  het,  indien  het  broncodepakket  niet  zowel
       architectuuronafhankelijke als architectuurspecifieke binaire pakketten bouwt (sinds  dpkg
       1.18.8),  terugvallen  op  het  gebruik van het doel build indien make -f debian/rules -qn
       bouwdoel 2 teruggeeft als afsluitwaarde.

BUGS

       Het zou mogelijk moeten zijn om spaties en shell-metatekens en initiële argumenten  op  te
       geven voor commando-om-root-te-worden en ondertekeningscommando.

ZIE OOK

       dpkg-source(1), dpkg-architecture(1), dpkg-buildflags(1), dpkg-genbuildinfo(1),
       dpkg-genchanges(1), fakeroot(1), lintian(1), gpg2(1), gpg(1).