Provided by: dpkg-dev_1.22.6ubuntu6.5_all 

NAAM
deb-substvars - Substitutievariabelen in Debian broncode
OVERZICHT
debian/substvars, debian/binair-pakket.substvars, variabelen
BESCHRIJVING
Vooraleer dpkg-source, dpkg-gencontrol en dpkg-genchanges hun comtrole-informatie neerschrijven (naar het
broncodecontrolebestand .dsc in het geval van dpkg-source en naar standaarduitvoer in het geval van dpkg-
gencontrol en dpkg-genchanges), voeren ze een aantal variabelesubstituties uit op het uitvoerbestand.
Variabelesyntaxis
Een variabelesubstitutie heeft als vorm ${variabelenaam}. Variabelenamen bestaan uit alfanumerieke tekens
(a-zA-Z0-9), koppeltekens (-) en dubbele punten (:) en beginnen met een alfanumeriek teken. Ze zijn ook
hoofdlettergevoelig, ook al kunnen ze verwijzen naar andere entiteiten die hoofdletterbehoudend zijn.
Variabelesubstituties worden bij herhaling uitgevoerd tot er geen meer overblijven. Na een substitutie
wordt de volledige tekst van het veld opnieuw doorzocht op nog meer uit te voeren substituties.
Bestandssyntaxis
Substitutievariabelen kunnen in een bestand worden opgegeven. Deze bestanden bestaan uit regels van de
vorm naam=waarde of naam?=waarde. De operator = wijst een normale substitutievariabele toe, terwijl de
operator ?= (sinds dpkg 1.21.8) een optionele substitutievariabele toewijst die geen waarschuwingen
geeft, zelfs als deze niet wordt gebruikt. Resterende witruimte op elke regel, lege regels en regels die
beginnen met het symbool # (commentaar) worden genegeerd.
Substitutie
Variabelen kunnen ingesteld worden met behulp van de algemene optie -V. Ze kunnen ook opgegeven worden in
het bestand debian/substvars (of om het even welk ander bestand dat opgegeven wordt met de algemene optie
-T).
Nadat alle substituties uitgevoerd werden, wordt de tekenreeks ${} (wat geen daadwerkelijke
substitutievariabele is) overal waar die voorkomt, vervangen door het teken $. Dit kan gebruikt worden
als een escape-sequentie zoals ${}{VARIABELE}, wat in de uitvoer de vorm zal aannemen van ${VARIABELE}.
Indien er gerefereerd wordt naar een niet-gedefinieerde variabele, wordt een waarschuwing gegeven en
wordt verondersteld dat de waarde ervan leeg is.
Hoewel variabelesubstitutie uitgevoerd wordt op alle controlevelden, zijn sommige van die velden nodig
tijdens het bouwen wanneer de substitutie nog niet heeft plaats gevonden. Dat is de reden waarom u geen
variabelen kunt gebruiken in de velden Package, Source en Architecture.
Variabelesubstitutie vindt plaats op de inhoud van de velden nadat die ontleed werden. Indien u dus wenst
dat een variabele zich uitstrekt over meerdere regels, moet u na het regeleinde geen spatie invoegen. Dit
gebeurt impliciet bij de uitvoer van het veld. Indien bijvoorbeeld de variabele ${Description} ingesteld
werd op "foo is bar.${Newline}foo is geweldig." en u het volgende veld heeft:
Description: toepassing foo
${Description}
.
Bijkomende tekst.
Dit zal dit resulteren in:
Description: toepassing foo
foo is bar.
foo is geweldig.
.
Bijkomende tekst.
Ingebouwde Variabele
Daarnaast zijn altijd de volgende standaardvariabelen beschikbaar::
Arch
De huidige computerarchitectuur (d.w.z. de architectuur waarvoor het pakket gebouwd wordt; het
equivalent van DEB_HOST_ARCH).
vendor:Name
De naam van de huidige leverancier (sinds dpkg 1.20.0). Deze waarde is afkomstig van het Vendor-veld
voor het origin-bestand van de huidige leverancier, zoals dpkg-vendor(1) het zou ophalen.
vendor:Id
Het ID van de huidige leverancier (sinds dpkg 1.20.0). Dit is gewoon de variant van vendor:Name in
kleine letters.
source:Version
De versie van het broncodepakket (sinds dpkg 1.13.19).
source:Upstream-Version
De versie van het broncodepakket van de toeleveraar, eventueel met inbegrip van de versie-epoche van
Debian (sinds dpkg 1.13.19).
binary:Version
De versie van het binaire pakket (dat verschillend kan zijn van source:Version, in geval van een
binNMU bijvoorbeeld; sinds dpkg 1.13.19).
Source-Version
De versie van het broncodepakket (uit het bestand changelog). Deze variabele is nu verouderd en geeft
aanleiding tot een foutmelding als hij gebruikt wordt, aangezien de betekenis ervan verschilt van
zijn functie. U moet naargelang het geval nu source:Version of binary:Version gebruiken.
source:Synopsis
De synopsis van het bronpakket, gehaald uit het veld Description van het broncode-element, als het
bestaat (sinds dpkg 1.19.0).
source:Extended-Description
De uitgebreide beschrijving van het bronpakket, gehaald uit het veld Description van het broncode-
element, als het bestaat (sinds dpkg 1.19.0).
Installed-Size
De geschatte totale grootte van de uit het pakket geïnstalleerde bestanden. Deze waarde wordt
gekopieerd naar het overeenkomstige veld in het bestand control. Dit instellen wijzigt de waarde van
dat veld. Indien deze variabele niet ingesteld werd, zal dpkg-gencontrol de standaardwaarde berekenen
door de grootte van alle gewone bestanden en alle symbolische koppelingen samen te nemen, afgerond
tot op een eenheid van 1 KiB, en met een richtlijn van 1 KiB voor elk ander type object van het
bestandssysteem. Daarbij worden harde koppelingen slechts éénmaal geteld als een gewoon bestand.
Opmerking: Houd er rekening mee dat dit steeds slechts een schatting kan zijn, aangezien de
werkelijke grootte die op het geïnstalleerde systeem gebruikt zal worden, in grote mate afhankelijk
is van het gebruikte bestandssysteem en de parameters ervan, waardoor het eindresultaat kan zijn dat
ofwel meer ofwel minder ruimte in beslag genomen wordt dan in dit veld opgegeven werd.
Extra-Size
Extra schijfruimte die gebruikt wordt als het pakket geïnstalleerd is. Indien deze variabele
ingesteld werd, wordt de waarde ervan opgeteld bij de variabele Installed-Size (ofwel de expliciet
ingestelde of de standaardwaarde ervan) vooraleer ze gekopieerd wordt naar het veld Installed-Size in
het bestand control.
S:veldnaam
De waarde van het broncodeveld veldnaam (die moet opgegeven worden in de gebruikelijke schrijfwijze
met hoofd-/kleine letters; sinds dpkg 1.18.11). Het instellen van deze variabelen heeft geen effect
tenzij op die plaatsen waar ze expliciet geëxpandeerd worden. Deze variabelen zijn enkel beschikbaar
tijdens het genereren van de control-bestanden van het binaire pakket.
F:veldnaam
De waarde van het uitvoerveld veldnaam (die moet opgegeven worden in de gebruikelijke schrijfwijze
met hoofd-/kleine letters). Het instellen van deze variabelen heeft geen effect tenzij op die
plaatsen waar ze expliciet geëxpandeerd worden.
Format
Het versienummer van de bestandsindeling van .changes dat door deze versie van de scripts voor het
verpakken van de broncode gegenereerd wordt. Indien u deze variabele instelt, zal de inhoud van het
veld Format in het bestand .changes ook gewijzigd worden.
Newline, Space, Tab
Elk van deze variabelen bevat het overeenkomstig letterteken.
shlibs:dependencyfield
Variabele-instellingen met namen in deze vorm worden door dpkg-shlibdeps gegenereerd.
dpkg:Upstream-Version
De originele toeleveraarsversie (upstream) van dpkg (sinds dpkg 1.13.19).
dpkg:Version
De volledige versie van dpkg (sinds dpkg 1.13.19).
BESTANDEN
debian/substvars
Lijst met substitutievariabelen en hun waarden.
ZIE OOK
dpkg(1), dpkg-vendor(1), dpkg-genchanges(1), dpkg-gencontrol(1), dpkg-shlibdeps(1), dpkg-source(1).
1.22.6 2025-09-18 deb-substvars(5)