Provided by: man-db_2.6.7.1-1ubuntu1_amd64 bug

NAAM

       man - een interface voor de online-handleidingen

SAMENVATTING

       man [-C bestand] [-d] [-D] [--warnings[=waarschuwingen]] [-R encoding] [-L taalgebied] [-m
       systeem[,...]]  [-M  pad]  [-S   lijst]   [-e   extensie]   [-i|-I]   [--regex|--wildcard]
       [--names-only]  [-a]  [-u]  [--no-subpages]  [-P  opmaker]  [-r prompt] [-7] [-E encoding]
       [--no-hyphenation] [--no-justification]  [-p  string]  [-t]  [-T[apparaat]]  [-H[browser]]
       [-X[dpi]] [-Z] [[sectie] pagina ...] ...
       man -k [apropos opties] regexp ...
       man -K [-w|-W] [-S list] [-i|-I] [--regex] [sectie] term ...
       man -f [watis optie] pagina ...
       man  -l [-C bestand] [-d] [-D] [--warnings[=waarschuwingen]] [-R encoding] [-L taalgebied]
       [-P opmaker] [-r prompt] [-7] [-E encoding] [-p string] [-t] [-T[apparaat]]  [-H[browser]]
       [-X[dpi]] [-Z] bestand ...
       man -w|-W [-C bestand] [-d] [-D] pagina ...
       man -c [-C bestand] [-d] [-D] pagina ...
       man [-?V]

BESCHRIJVING

       man  is the system's manual pager. Each page argument given to man is normally the name of
       a program, utility or function.  The manual page associated with each of  these  arguments
       is  then found and displayed. A section, if provided, will direct man to look only in that
       section of the manual.  The default action is to search in all of the  available  sections
       following a pre-defined order ("1 n l 8 3 2 3posix 3pm 3perl 5 4 9 6 7" by default, unless
       overridden by the SECTION directive in /etc/manpath.config), and to show  only  the  first
       page found, even if page exists in several sections.

       De  onderstaande  tabel  toont  de  sectie-nummers  van  de  handleiding,  gevolgd door de
       paginasoorten die ze bevatten.

       1   Executable programs or shell commands
       2   System calls (functions provided by the kernel)
       3   Library calls (functions within program libraries)
       4   Special files (usually found in /dev)
       5   File formats and conventions eg /etc/passwd
       6   Games
       7   Miscellaneous (including macro packages and conventions), e.g. man(7), groff(7)
       8   System administration commands (usually only for root)
       9   Kernel routines [Non standard]

       Een man-pagina bestaat uit verschillende delen.

       Gebruikelijke namen van delen bevatten  NAAM,  SAMENVATTING,  CONFIGURATIE,  BESCHRIJVING,
       OPTIES,  STOPSTATUS,  RETOURWAARDE,  FOUTEN,  OMGEVING,  BESTANDEN, VERSIES, VOLDOEND AAN,
       NOTITIES, PROGRAMMAFOUTEN, VOORBEELD, AUTEURS, en ZIE OOK.

       De volgende conventies zijn  van  toepassing  op  het  deel  SAMENVATTING  en  kunnen  als
       voorbeeld voor andere delen gebruikt worden.

       bold text          type exactly as shown.
       italic text        replace with appropriate argument.
       [-abc]             any or all arguments within [ ] are optional.
       -a|-b              options delimited by | cannot be used together.
       argument ...       argument is repeatable.
       [expression] ...   entire expression within [ ] is repeatable.

       Exacte  opmaak  kan variëren afhankelijk van het uitvoerapparaat.  Zo kan man meestal geen
       cursieve tekst tonen als het in een terminal wordt uitgevoerd en  zal  in  plaats  daarvan
       onderstreepte of gekleurde tekst gebruiken.

       De  illustratie  van  functie  of  opdracht is een patroon die overeen moet komen met alle
       mogelijke aanroepen.  In sommige gevallen heeft  het  de  voorkeur  meerdere  uitsluitende
       aanroepen  te  illustreren,  zoals  in  de  sectie  SAMENVATTING van deze man-pagina wordt
       getoond.

VOORBEELDEN

       man ls
           Toon de man-pagina voor het item (programma)  ls.

       man -a introductie
           Alle beschikbare introductie-pagina's van de handleiding in volgorde  tonen.   Het  is
           mogelijk tussen de opeenvolgende weergaven te stoppen of ze over te slaan.

       man -t alias | lpr -Pps
           De  man-pagina  waarnaar  `alias'  verwijst, meestal een shell-man-pagina, opmaken als
           standaard troff of groff en deze doorsturen naar printer ps.  De standaarduitvoer  van
           groff is meestal Postscript.  man --help moet aangeven welke processor met de optie -t
           is gekoppeld.

       man -l -Tdvi ./foo.1x.gz > ./foo.1x.dvi
           Deze opdracht zal de nroff-bron van man-pagina ./foo.1x.gz  decomprimeren  en  indelen
           als  een  apparaatonafhankelijk (dvi) bestand.  De omleiding is nodig omdat de vlag -T
           de uitvoer zonder opmaak naar stdout stuurt.  De uitvoer moet bekeken worden  met  een
           programma zoals xdvi, of verder bewerkt worden naar Postscript met bijvoorbeeld dvips.

       man -k printf
           Zoek  in  de  korte beschrijvingen en namen van man-pagina's naar het trefwoord printf
           als reguliere expressie.  Toon iedere treffer.  Komt overeen met apropos -r printf.

       man -f smail
           Alle korte beschijvingen tonen van de man-pagina's waarnaar verwezen wordt door smail.
           Is gelijk aan whatis -r smail.

OVERZICHT

       Om  de  gebruiker maximale flexibiliteit te geven, heeft man vele opties.  Het zoekpad, de
       volgorde van  secties,  de  wijze  van  uitvoerverwerking  en  andere  gedrag  kan  worden
       aangepast, waarover hieronder meer informatie staat.

       Verschillende  omgevingsvariabelen  worden  uitgelezen om te bepalen hoe mandb werkt, mits
       ingesteld.  Het is mogelijk om de `catch all'-variabele $MANOPT op iedere tekenreeks in te
       stellen,  zoals  in  een  opdrachtregel,  met  als  uitzondering dat iedere spatie die als
       onderdeel van  een  optieargument  wordt  gebruikt,  voorafgegaan  moet  worden  door  een
       backslash.   man  zal eerst $MANOPT ontleden vóór zijn eigen opdrachtregel.  De opties die
       een argument vereisen, worden overschreven door gelijknamige opties op  de  opdrachtregel.
       Om  alle  opties die in $MANOPT insteld zijn te herstellen, kan -D worden opgegeven als de
       eerste optie van de opdrachtregel.  Zo kan  man  opties  die  opgegeven  zijn  in  $MANOPT
       `vergeten', hoewel ze nog wel geldig moeten zijn.

       De   opmaakhulpprogramma's   opgeslagen   als   man-db   maken   intensief   gebruik   van
       index-database-caches.   Deze  caches  bevat  informatie,  zoals  de  locatie  van  iedere
       man-pagina  en de inhoud van watis (korte, éénregelige beschrijving van de man-pagina), en
       maakt het mogelijk dat man sneller resultaten vindt dan met het iedere keer doorzoeken van
       het bestandssysteem om de juiste man-pagina te vinden.  Wordt man aangeroepen met de optie
       -u, dan zal de cache consistent blijven, waarmee voorkomen wordt  dat  software  handmatig
       uitgevoerd moet worden om traditionele watis-tekstdatabases bij te werken.

       Als   man   een   door   mandb   geïnitialiseerde   index-database   voor   een   bepaalde
       man-paginastructuur niet kan vinden, dan zal  het  toch  naar  de  gevraagde  man-pagina's
       zoeken,  hoewel  hiervoor  expansie  van  jokertekens  (file globbing) nodig zal zijn. Als
       whatis en apropos beide  index  niet  kunnen  vinden,  dan  zal  het  informatie  uit  een
       traditionele watis-database halen.

       Deze   hulpprogramma's   ondersteunen  standaard  gecomprimeerde  nroff-bronbestanden  met
       extenties .Z, .z en .gz.  Iedere compressie-extentie is mogelijk, maar dit moet dan bekend
       zijn   tijdens   compileren.    Standaard  zijn  ook  alle  aangemaakte  categoriepagina's
       gecomprimeerd met gzip.  Iedere `algemene' man-paginastructuur,  zoals  /usr/share/man  of
       /usr/X11R6/man  mag  iedere  map als zijn categoriepaginastructuur hebben.  Oorspronkelijk
       zijn de categoriepagina's opgeslagen in  dezelfde  structuur  als  de  man-pagina's,  maar
       vanwege redenen zoals beschreven in de File Hierarchy Standard (FHS) kan het de beter zijn
       om ze ergens anders op te slaan.   Voor  meer  informatie  over  de  wijze  waarop,  wordt
       verwezen naar manpath(5).

       Internationale  ondersteuning  is  beschikbaar  voor dit pakket.  Man-pagina's in de eigen
       taal  zijn  toegankelijk  (mits  beschikbaar  op  uw  systeem)   via   het   gebruik   van
       taalgebied-functies.   Om  dergelijke  ondersteuning  in  te  schakelen,  is  het nodig om
       $LC_MESSAGES, $LANG of een andere, systeemafhankelijke omgevingsvariabele in te stellen op
       uw eigen taalgebied, meestal opgegeven als (POSIX 1003.1):

       <taal>[_<gebied>[.<karakter-set>[,<versie>]]]

       Als  de  gewenste pagina in uw taalgebied beschikbaar is, zal het getoond worden in plaats
       van de standaardpagina (meestal Amerikaans Engels).

       Ondersteuning van internationale programmateksten is ook in dit pakket opgenomen en kan op
       dezelfde wijze worden geactiveerd, mits natuurlijk weer beschikbaar.  Als u ontdekt dat de
       man-pagina's en programmateksten niet beschikbaar zijn in uw eigen taal en u wilt ze  zelf
       vertalen, neem dan contact op met de ontwikkelaar die deze activiteit coördineert.

       Voor  informatie  over  andere  beschikbare  functionaliteiten  en  uitbreidingen  in deze
       man-paginaopmaker wordt verwezen naar de documenten bij dit pakket.

STANDAARDEN

       man zal naar de gewenste man-pagina in het index-databasecache zoeken.  Als  de  optie  -u
       opgegeven is, wordt de consistentie van de cache gecontroleerd om er zeker van te zijn dat
       de databases een goede afspiegeling zijn van het bestandssysteem.  Als deze  optie  altijd
       opgegevens  wordt,  is  het  over  het algemeen niet nodig om mandb uit te voeren nadat de
       caches zijn  aangemaakt,  tenzij  een  cache  verminkt  raakt.   Echter,  de  controle  op
       consistentie van caches kan langzaam zijn op systemen met veel man-pagina's.  Daarom wordt
       het niet standaard uitgevoerd en de systeembeheerders  zouden  mandb  iedere  week  kunnen
       draaien  en  zo  de  databasecache  actueel houden.  Om problemen door verouderde cache te
       voorkomen, valt man bij het mislukken van het zoeken in het cache terug op de expansie van
       jokertekens (file globbing), net zoals het zou doen bij afwezigheid van cache.

       Nadat  een man-pagina is gevonden, wordt gezocht naar een vooropgemaakt `catalogusbestand'
       en gecontroleerd of het nieuwer is dan  het  nroff-bestand.   Als  aan  beide  voorwaarden
       voldaan  is,  wordt  dit  vooropgemaakte  bestand  (meestal) gedecomprimeerd en vervolgens
       getoond via het gebruik van een opmaker.  De opmaker kan op  een  aantal  manieren  worden
       opgegeven  en  anders  wordt er teruggevallen op de standaardinstelling (zie optie -p voor
       meer informatie).  Als er geen catalogus gevonden wordt of  als  deze  ouder  is  dan  het
       nroff-bestand,   wordt   de  nroff  door  verschillende  programma's  verwerkt  en  direct
       weergegeven.

       Als een catalogusbestand aangemaakt kan worden  (een  relatieve  catalogusmap  bestaat  en
       heeft de juiste rechten), zal man het bestand comprimeren opslaan op de achtergrond.

       De filters worden op een aantal wijzen ontcijferd.  Ten eerste wordt opdrachtregeloptie -p
       of  omgevingsvariabele   $MANROFFSEQ  ondervraagd.  Als  -p  niet  gebruikt   is   en   de
       omgevingsvariabele niet ingesteld, dan wordt de eerste regel van het nroff-bestand ontleed
       op een preprocessorstring.  Om een geldige preprocessorstring te bevatten, moet de  eerste
       regel overeenstemming vertonen met

       '\" <string>

       waarbij string iedere combinatie van letters kan zijn, hieronder beschreven door optie -p.

       Als    geen    van    de   bovenstaande   methoden   filterinformatie   oplevert,   worden
       standaardinstellingen gebruikt.

       Een informatiestroom die  de  opmaak  verzorgt,  wordt  gevormd  door  de  filters  en  de
       hoofdopmaker  (nroff  of  [tg]roff  met  -t) wordt uitgevoerd.  Als alternatief kan er een
       programma worden uitgevoerd mandb_nfmt (of mandb_tfmt met -t) mits deze bestaat in de  top
       van   de   manstructuur.    Het   ontvangt   het   bronbestand   van   de  man-pagina,  de
       preprocessorstring en optioneel het apparaat dat is gespecificeerd met de argumenten -T of
       -E.

OPTIES

       Opties  zonder  argument die dubbel voorkomen in de opdrachtregel, in $MANOPT of in beide,
       zijn niet schadelijk. Opties die wel een argument vereisen, worden overschreven door ieder
       duplicaat.

   Algemene opties
       -C bestand, --config-file=bestand
              Gebruik   dit   gebruikersconfiguratiebestand   in  plaats  van  de  standaard  van
              ~/.manpath.

       -d, --debug
              Foutinformatie tonen.

       -D, --default
              Deze optie wordt normaal als allereerste opgegeven en hersteld het gedrag van  man.
              Het  wordt  gebruikt  om  die  opties  te  herstellen  die mogelijk in $MANOPT zijn
              opgegeven.  Iedere optie die volgt op -D zal het normale effect hebben.

       --warnings[=waarschuwingen]
              Waarschuwingen afkomstig van groff inschakelen.  Dit  kan  worden  gebruikt  om  de
              geldigheid  van de broncode van man-pagina's te controleren.  waarschuwingen is een
              kommagescheiden lijst met waarschuwingsnamen; als het  niet  is  opgegeven,  is  de
              standaard  "mac".   Zie  de  opmerking  “Warnings” in info groff voor een lijst met
              beschikbare waarschuwingsnamen.

   Belangrijkste uitvoeringswijzen
       -f, --whatis
              Equivalent aan whatis.  Toon een korte beschrijving van de  man-pagina,  mits  deze
              beschikbaar is. Zie whatis(1)  voor meer informatie.

       -k, --apropos
              Equivalent  aan apropos.  Doorzoek de korte man-paginabeschrijvingen op trefwoorden
              en toon alle overeenkomsten.  Zie apropos(1)  voor meer informatie.

       -K, --global-apropos
              Naar tekst zoeken in alle man-pagina's.  Dit is een zoekactie met brute  kracht  en
              zal  mogelijk  nogal  wat tijd kosten; indien mogelijk kunt u een sectie opgeven om
              het aantal pagina's dat doorzocht moet  worden  te  reduceren.   Zoektermen  kunnen
              eenvoudige tekenreeksen zijn (de standaard) of reguliere expressies in het geval de
              optie --regex is gebruikt.

       -l, --local-file
              'Lokale' modus activeren. Lokale man-bestanden opmaken en weergeven in  plaats  van
              het   zoeken   door   de   verzameling   handleidingen   van  het  systeem.   Ieder
              man-paginaargument zal worden  opgevat  als  een  nroff-bronbestand  in  de  juiste
              opmaak.  Er wordt geen cat-bestand aangemaakt.  Als '-' opgenomen is als een van de
              argumenten, dan wordt de invoer uit stdin  gehaald.   Als  deze  optie  niet  wordt
              gebruikt  en  man  kan  de  vereiste  pagina  niet  vinden,  dan  wordt, voordat de
              foutmelding wordt getoond, geprobeerd de naam als een bestandsnaam te gebruiken  en
              naar een exacte overeenkomst gezocht.

       -w, --where, --path, --location
              De   man-pagina's   niet   tonen,   maar   wel   de  locatie(s)  weergeven  van  de
              nroff-bronbestanden die opgemaakt zouden worden.

       -W, --where-cat, --location-cat
              De man-pagina's niet tonen,  maar  wel  de  locatie(s)  van  de  cat-bestanden  die
              weergegeven  zouden  worden.   Waneer -w en -W beide opgegeven zijn, toon dan beide
              gescheiden door een spatie

       -c, --catman
              De optie is niet voor algemeen gebruik en  mag  alleen  gebruikt  worden  door  het
              programma catman.

       -R encoding, --recode=encoding
              In  plaats  van  de  man-pagina  op  de gebruikelijke wijze op te maken, schrijf de
              broncode weg, geconverteerde naar de opgegven encoding.  Wanneer u de codering  van
              het  bronbestand al weet, dan kunt u ook direct gebruik maken van manconv(1).  Deze
              optie geeft u echter de mogelijkheid  om  meerdere  map-pagina's  naar  een  enkele
              codering  te  converteren zonder expliciet de codering voor elke apart op te moeten
              geven, mits ze al geïnstalleerd zijn in een structuur die overeenkomt met  die  van
              de man-pagina's.

   Man-pagina's vinden
       -L taalgebied, --locale=taalgebied
              man  zal  normaal  uw  huidige  taalgebied bepalen met een aanroep van de C-functie
              setlocale(3)  die verschillende omgevingsvariabelen  bevraagt,  waaronder  mogelijk
              $LC_MESSAGES  en  $LANG.   Om  de  vastgestelde  waarde  tijdelijk te overschrijven
              gebruikt u deze optie om een taalgebied direct aan man door te geven.  Merk op  dat
              dit  geen  effect  heeft  totdat  het zoeken naar de pagina's daadwerkelijk begint.
              Uitvoer zoals de hulptekst zal altijd getoond worden  in  de  taal  die  in  eerste
              instantie bepaald is.

       -m systeem[,...], --systems=systeem[,...]
              Wanneer  dit  systeem toegang heeft tot man-pagina's van andere besturingssystemen,
              dan kunnen ze benaderd worden met deze  optie.   Om  naar  een  man-pagina  uit  de
              verzameling man-pagina's van NieuwOS te zoeken, gebruikt u de optie -m NieuwOS.

              Het  opgegeven systeem kan bestaan uit een combinatie van kommagescheiden namen van
              besturingssystemen.  Om ook de man-pagina's  van  het  eigen  besturingssysteem  te
              doorzoeken,  voegt u de systeemnaam man toe aan de argumentstring.  Deze optie gaat
              voor op de omgevingsvariabele $SYSTEM.

       -M pad, --manpath=pad
              Geef een alternatief man-pad op.  Standaard gebruikt man manpath om het zoekpad  te
              bepalen.   De  optie gaat voor op de omgevingsvariabele $MANPATH en zorgt dat optie
              -m wordt genegeerd.

              Een pad dat als man-pad opgegeven wordt, moet de  top  van  de  man-paginastructuur
              zijn,  verdeeld in secties zoals in de man-db-handleiding is beschreven (onder "Het
              man-paginasysteem").  Man-pagina's buiten deze structuur kunnen bekeken worden  via
              optie -I.

       -S lijst, -s lijst, --sections=lijst
              Lijst  bestaat  uit  een  opsomming met `orderspecifieke' man-secties die doorzocht
              moeten worden, gescheiden door een dubbelepunt of komma.  Deze optie gaat  voor  op
              de omgevingsvariabele $MANSECT,  (De spelling -s is voor compatibiliteit met System
              V.)

       -e sub-extensie, --extension=sub-extensie
              Sommige systemen bevatten grote hoeveelheden  man-pagina's  in  de  hoofdstructuur,
              bijvoorbeeld  pagina's  die  behoren  tot  het  pakket  Tcl.   Om  het probleem van
              man-pagina's  met  dubbele  namen  te  omzeilen,  bijvoorbeeld  exit(3),  waren  de
              Tcl-pagina's  vaak  toegekend  aan  sectie  I.   Omdat dit niet fraai is, is het nu
              mogelijk om de pagina's in de juiste  sectie  te  plaatsen  en  er  een  specifieke
              `extensie'  aan  toe te kennen, in dit geval exit(3tcl).  Standaard zal man exit(3)
              tonen en niet de voorkeur geven aan exit(3tcl).  Om uit  deze  situatie  te  komen,
              maar ook te voorkomen dat de sectie waarin de pagina zich bevindt bekend moet zijn,
              is het nu mogelijk om man een sub-extensie te geven die aangeeft aan welk pakket de
              pagina  toebehoort.  Doorgaand op het eerder genoemde voorbeeld zal de optie -e tcl
              van man het zoeken beperken tot pagina's met de extentie *tcl.

       -i, --ignore-case
              Hoofdletters zijn niet van invloed bij het zoeken naar man-pagina's.   Dit  is  het
              standaardgedrag.

       -I, --match-case
              Hoofdletters zijn van invloed bij het zoeken naar man-pagina's.

       --regex
              Alle  pagina's  weergeven  indien een deel van hun naam of beschrijving overeenkomt
              met elk pagina-argument als een reguliere expressie, zoals bij  apropos(1).   Omdat
              er  bij  het  zoeken  naar  een  reguliere expressie vaak geen goede wijze is om de
              "beste" pagina te kiezen, impliceert deze optie -a

       --wildcard
              Alle pagina's tonen  met  elke  deel  van  hun  namen  of  hun  beschrijvingen  die
              overeenkomen met ieder pagina-argument gebruikmakend van shell-achtige jokertekens,
              zoals met apropos(1)  --wildcard.  Het argument pagina  moet  overeenkomen  met  de
              volledige naam of beschrijving, of op de woordgrenzen in de beschrijving.  Omdat er
              bij het zoeken met jokertekens meestal geen manier  is  om  de  "beste"  pagina  te
              kiezen, impliceert deze optie -a.

       --names-only
              Als de optie --regex of --wildcard is gebruikt, zoek dan alleen naar overeenkomsten
              in paginanamen en niet in paginabeschrijvingen, zoals met watis(1).  Anders  is  er
              geen effect.

       -a, --all
              Standaard  zal  man stoppen na het weergeven van de meeste geschikte man-pagina die
              het kan vinden.  Door gebruik te maken van deze optie,  wordt  man  gedwongen  alle
              man-pagina's te tonen met namen die overeenkomen met de zoekcriteria.

       -u, --update
              Deze optie zorgt ervoor dat man een controle op `inode-level'-consistentie van zijn
              databasecaches uitvoert om te waarborgen dat ze een juiste  representatie  van  het
              bestandssysteem  zijn.   Het  zal  alleen  een  nuttig  effect  hebben  als  man is
              geïnstalleerd met de setuid-bit-collectie.

       --no-subpages
              By default, man will try to interpret pairs of  manual  page  names  given  on  the
              command  line  as equivalent to a single manual page name containing a hyphen or an
              underscore.  This supports the common pattern of programs that implement  a  number
              of subcommands, allowing them to provide manual pages for each that can be accessed
              using similar syntax as would be used to invoke the  subcommands  themselves.   For
              example:

                $ man -aw git diff
                /usr/share/man/man1/git-diff.1.gz

              Met de optie --no-subpages wordt dit gedrag uitgeschakeld.

                $ man -aw --no-subpages git diff
                /usr/share/man/man1/git.1.gz
                /usr/share/man/man3/Git.3pm.gz
                /usr/share/man/man1/diff.1.gz

   Opgemaakte uitvoer beheersen
       -P opmaker, --pager=opmaker
              Geef  op  welke  uitvoeropmaker moet worden gebruikt.  Standaard gebruikt man pager
              -s.

              De waarde  kan  bestaan  uit  een  eenvoudige  opdrachtnaam  of  een  opdracht  met
              argumenten,  waarbij  shell-tekens  gebruikt mogen worden (backslashes en enkele of
              dubbele aanhalingstekens).  Er mogen  geen  'pipes'  gebruikt  worden  om  meerdere
              opdrachten te koppelen; als dit nodig is, gebruik dan een wrapper-script die het te
              tonen bestand als argument of als standaardinvoer kan nemen.

       -r prompt, --prompt=prompt
              Als een recente versie van less als opmaker is  gebruikt,  zal  man  proberen  zijn
              prompt en enkele nuttige opties in te stellen.  De standaardprompt ziet eruit als

               Man-pagina naam(sec) regel x

              waarbij naam staat voor de naam van de man-pagina, sec voor de sectie waaronder het
              gevonden is en x voor het  huidige  regelnummer.   Dit  is  gerealiseerd  door  het
              gebruik van de omgevingsvariabele $LESS.

              Door  -r met een string op te geven wordt de standaard overschreven.  De string mag
              de tekst $MAN_PN  bevatten  wat  wordt  uitgebreid  tot  de  naam  van  de  huidige
              man-pagina  en  zijn  sectienaam  omgeven  door `(' en `)'.  De string die gebruikt
              wordt om de standaardwaarde te genereren kan worden uitgedrukt als

              \ Man\ pagina\ \$MAN_PN\ ?ltline\ %lt?L/%L.:
              byte\ %bB?s/%s..?\ (END):?pB\ %pB\\%..
              (press h for help or q to quit)

              It is broken into three lines here for the  sake  of  readability  only.   For  its
              meaning  see the less(1)  manual page.  The prompt string is first evaluated by the
              shell.  All double quotes, back-quotes  and  backslashes  in  the  prompt  must  be
              escaped  by a preceding backslash.  The prompt string may end in an escaped $ which
              may be followed by further options for less.  By default man sets the -ix8 options.

              The $MANLESS environment variable described below may be  used  to  set  a  default
              prompt string if none is supplied on the command line.

       -7, --ascii
              Bij  het  bekijken  van  een  man-pagina  puur in ascii(7) op een 7-bit-terminal of
              -terminal-emulator kunnen sommige tekens  niet  goed  worden  weergegeven  als  het
              gebruik  maakt  van  de  apparaatbeschrijving  latin1(7) met GNU nroff.  Deze optie
              staat toe man-pagina's in puur ascii te tonen in ascii op een latin1-apparaat.   Er
              zal  geen  latin1-tekst  worden  omgezet.   De  volgende  tabel toon de uitgevoerde
              omzettingen: sommige van de delen kunnen alleen correct worden getoond bij  gebruik
              van GNU nroff's latin1(7)-apparaat.

              Description           Octal   latin1   ascii
              ─────────────────────────────────────────────
              continuation hyphen    255      ‐        -
              bullet (middle dot)    267      •        o
              acute accent           264      ´        '
              multiplication sign    327      ×        x

              Als  de  inhoud  van  kolom  latin1  juist  is, staat uw terminal waarschijnlijk op
              latin1-tekens ingesteld en is deze optie niet noodzakelijk.  Als de kolommen latin1
              en  ascii  identiek zijn, dan bekijk u deze pagina gebruikmakend van deze optie, of
              man heeft de pagina niet opgemaakt volgens de latin1-apparaatbeschrijving.  Als  de
              kolom  latin1  ontbreekt  of  de  inhoud  verminkt  is,  dan moet u de man-pagina's
              waarschijnlijk met deze optie bekijken.

              Deze optie wordt genegeerd bij gelijktijdig gebruik van de opties -t, -H, -T of  -Z
              en is mogelijk nutteloos bij een andere nroff dan die van GNU.

       -E codering, --encoding=codering
              Uitvoer  aanmaken  voor  een  tekencodering  die  afwijkt  van  de  standaard. Voor
              achterwaartse compatibiliteit mag codering een nroff-apparaat zijn zoals een ascii,
              latin1 of utf8, maar ook een echte tekencodering zoals UTF-8.

       --no-hyphenation, --nh
              Normaal  zal  nroff tekst op regeleinden automatisch afbreken, zelfs in woorden die
              geen afbreekteken bevatten, als het nodig is om deze  woorden  over  een  regel  te
              verdelen  zonder  excessieve  witruimte.   Deze optie schakelt automatisch afbreken
              uit, zodat woorden alleen afgebroken worden als ze al afbreektekens bevatten.

              Als u een man-pagina schrijft en wilt voorkomen dat nroff een woord afbreekt op een
              ongeschikte plek, gebruik dan deze optie niet, maar lees de nroff-documentatie over
              dit punt; zo kunt u bijvoorbeeld "\%" binnen een woord plaatsen om aan te geven dat
              er  op  deze plek mag worden afgebroken, of plaats "\%" aan het begin van een woord
              om te voorkomen dat het wordt afgebroken.

       --no-justification, --nj
              Normaal zal nroff tekst automatisch tussen  beide  marges  uitvullen.   Deze  optie
              schakelt  volledige  uitvulling uit, waarbij alleen uitlijnen tegen de linker marge
              overblijft.

              Als u tijdens het schrijven van een man-pagina wilt verhinderen dat nroff  bepaalde
              alinea's  uitvult,  kunt  u  deze  optie  beter niet gebruiken. Raadpleeg liever de
              nroff-documentatie; u kunt bijvoorbeeld de ".na", ".nf", ".fi" en  ".ad"  gebruiken
              om aanpassing en uitvulling uit te schakelen.

       -p string, --preprocessor=string
              Geef  de  volgorde  van  preprocessors aan die vóór nroff of troff/groff uitgevoerd
              moeten worden.  Niet alle installaties zullen over een  volledige  verzameling  van
              preprocessors  beschikken.   Sommige preprocessors en de aan hen toegewezen letters
              zijn: eqn (e), grap (g), pic (p), tbl (t),  vgrind  (v),  refer  (r).   Deze  optie
              overschrijft  de  omgevingsvariabele  $MANROFFSEQ.   zsoelim  wordt  altijd  als de
              allereerste preprocessor uitgevoerd.

       -t, --troff
              Gebruik groff -mandoc om de man-pagina voor stdout op te maken.  Deze optie is niet
              vereist in samenhang met -H, -T of -Z.

       -T[apparaat], --troff-device[=apparaat]
              Deze  optie  wordt  gebruikt om uitvoer van groff (of mogelijk troff's) geschikt te
              maken  voor  een  apparaat  anders  dan  de  standaard.   Het   veronderstelt   -t.
              Voorbeelden (geleverd met Groff-1.17) zijn dvi, latin1, ps, utf8, X75 en X100.

       -H[browser], --html[=browser]
              Deze  optie  laat  groff  HTML-uitvoer  produceren  en  toont  deze  uitvoer in een
              webbrowser.   De  keuze  voor  een  browser  wordt  bepaald  door   het   optionele
              browser-argument,    de    door    omgevingsvariabele    $BROWSER   of   door   een
              compilatiestandaard (meestal lynx).  Deze optie veronderstelt -t  en  werkt  alleen
              samen met GNU troff.

       -X[dpi], --gxditview[=dpi]
              Deze   optie   toont  de  uitvoer  van  groff  in  een  grafisch  venster  via  het
              gxditview-programma.  De dpi-instelling (dots per  inch)  kan  75,  75-12,  100  of
              100-12  zijn,  met  als  standaard  75.  De  -12-varianten  gebruiken  een 12-punts
              basislettertype. Deze optie veronderstelt -T met een  X75-,  X75-12-,  X100-  resp.
              X100-12-apparaat.

       -Z, --ditroff
              groff zal troff uitvoeren en vervolgens een geschikte postprocessor gebruiken om de
              uitvoer te maken die geschikt is voor het  gekozen  apparaat.   Als  groff  -mandoc
              groter  is  dan  groff  wordt  deze  optie  doorgegeven  an  groff en wordt er geen
              postprocessor gebruikt.  Het impliceert -t.

   Hulp krijgen
       -?, --help
              Een hulptekst tonen en stoppen.

       --usage
              Print a short usage message and exit.

       -V, --version
              Versieinformatie tonen.

STOPSTATUS

       0      Programma correct uitgevoerd.

       1      Gebruiks-, syntax- of configuratiebestandfout.

       2      Uitvoeringsfout.

       3      Een child-proces gaf een stopstatus ongelijk aan nul.

       16     Minstens een van  de  pagina's/bestanden/trefwoorden  bestond  niet  of  kwam  niet
              overeen.

OMGEVING

       MANPATH
              Als $MANPATH ingesteld is, wordt het pad gebruikt om naar man-pagina's te zoeken.

       MANROFFOPT
              De inhoud van $MANROFFOPT wordt aan de opdrachtregel toegevoegd iedere keer als man
              een beroep doet op de opmaker (nroff, troff of groff).

       MANROFFSEQ
              Als $MANROFFSEQ ingesteld is, wordt de waarde gebruikt om de preprocessors vast  te
              stellen  waarmee  iedere man-pagina verwerkt wordt.  De standaard preprocessorlijst
              is systeemafhankelijk.

       MANSECT
              If $MANSECT is set, its value is a colon-delimited list of sections and it is  used
              to  determine which manual sections to search and in what order.  The default is "1
              n l 8 3 2 3posix 3pm 3perl 5 4 9 6 7", unless overridden by the  SECTION  directive
              in /etc/manpath.config.

       MANPAGER, PAGER
              De  waarde van $MANPAGER of $PAGER ($MANPAGER heeft de voorkeur) wordt gebruikt als
              programma om de man-pagina te tonen.  Standaard wordt hiervoor pager -s gebruikt.

              De waarde  kan  bestaan  uit  een  eenvoudige  opdrachtnaam  of  een  opdracht  met
              argumenten,  waarbij  shell-tekens  gebruikt mogen worden (backslashes en enkele of
              dubbele aanhalingstekens).  Er mogen  geen  'pipes'  gebruikt  worden  om  meerdere
              opdrachten te koppelen; als dit nodig is, gebruik dan een wrapper-script die het te
              tonen bestand als argument of als standaardinvoer kan nemen.

       MANLESS
              If $MANLESS is set, its value will be used as the default  prompt  string  for  the
              less pager, as if it had been passed using the -r option (so any occurrences of the
              text $MAN_PN will be expanded in the same way).  For example, if you  want  to  set
              the   prompt  string  unconditionally  to  “my  prompt  string”,  set  $MANLESS  to
              ‘-Psmy prompt string’.  Using the -r option overrides this environment variable.

       BROWSER
              Als $BROWSER ingesteld is, bestaat deze uit  een  dubbelepuntgescheiden  lijst  met
              opdrachten,  waarbij  iedere  opdracht  poogt  een  webbrowser  voor  man --html te
              starten.  In ieder opdracht  wordt  %s  vervangen  door  een  bestandsnaam  met  de
              HTML-uitvoer  van  groff,  %%  door  een  enkel  procentteken  (%)  en  %c door een
              dubbelepunt (:).

       SYSTEM Wanneer $SYSTEM is opgegeven, heeft dit hetzelfde  effect  als  het  opgegeven  van
              optie -m als argument.

       MANOPT Als $MANOPT ingesteld is, zal het vóór de man's-opdracht ontleed worden en er wordt
              van uitgegaan dat het in  een  gelijke  indeling  staat.   Net  zoals  alle  andere
              manspecifieke  omgevingsvariabelen  als opdrachtregelopties uitdrukt kunnen worden,
              en daarmee kandidaat zijn om opgenomen te worden in  $MANOPT,  wordt  verwacht  dat
              deze uitgerangeerd gaan worden.

       MANWIDTH
              Als  $MANWIDTH  ingesteld  is,  wordt  zijn  waarde gebruikt als regellengte waarop
              man-pagina's  opgemaakt  moeten  worden.   Als  het  niet  ingesteld   is,   worden
              man-pagina's opgemaakt met een regellengte passend bij de huidige terminal (via een
              ioctl(2), mits beschikbaar, de waarde van $COLUMNS, of terugvallend  op  80  tekens
              als  geen  van alle beschikbaar is). Categoriepagina's worden alleen opgeslagen als
              de standaardopmaak gebruikt kan worden, dus als  de  regellengte  van  de  terminal
              tussen de 66 en 80 tekens is.

       MAN_KEEP_FORMATTING
              Normaal,  als  uitvoer  niet  doorgestuurd  wordt naar een terminal (zoals naar een
              bestand of een pijp), worden opmaaktekens genegeerd om  het  resultaat  makkelijker
              leesbaar  te  maken  zonder speciale hulpmiddelen. Echter, als $MAN_KEEP_FORMATTING
              ingesteld is op een niet-lege waarde, dan worden deze opmaaktekens  behouden.   Dit
              kan nuttig zijn voor wrappers om man die opmaaktekens kunnen interpreteren.

       MAN_KEEP_STDERR
              Normaal,  als  de  uitvoer  doorgestuurd  wordt  naar  een  terminal  (meestal  een
              pagina-opmaker), dan wordt  ieder  foutenuitvoer  van  de  opdracht  om  opgemaakte
              versies  van man-pagina's te maken genegeerd om verstoring van de pagina-opmaker te
              voorkomen. Programma's zoals groff produceren relatief  weinig  foutmeldingen  over
              typografische  problemen  zoals  slechte  uitlijning  die  lelijk  zijn en algemeen
              verwarrend als ze naast de man-pagina worden getoond.  Echter,  sommige  gebruikers
              willen  ze  toch  zien,  dus,  als  $MAN_KEEP_STDERR  ingesteld is op een niet-lege
              waarde, zal de foutmelding normaal getoond worden.

       LANG, LC_MESSAGES
              Afhankelijk van het systeem en  de  implementatie,  worden  $LANG  en  $LC_MESSAGES
              bevraagd  om  de  huidige  locale te bepalen.  man zal zijn meldingen in die locale
              tonen (mits beschikbaar).  Zie setlocale(3) voor de details.

BESTANDEN

       /etc/manpath.config
              man-db-configuratiebestand.

       /usr/share/man
              Een algemene man-paginahierarchie.

       /usr/share/man/index.(bt|db|dir|pag)
              Een traditionele, algemene index-database-cache.

       /var/cache/man/index.(bt|db|dir|pag)
              Een algemene index-database-cache, in overeenstemming met FHS.

ZIE OOK

       apropos(1), groff(1), less(1),  manpath(1),  nroff(1),  troff(1),  whatis(1),  zsoelim(1),
       setlocale(3),  manpath(5),  ascii(7),  latin1(7),  man(7), catman(8), mandb(8), the man-db
       package manual, FSSTND

GESCHIEDENIS

       1990, 1991 - Oorspronkelijk geschreven door John W. Eaton (jwe@che.utexas.edu).

       23 dec 1992: Rik Faith (faith@cs.unc.edu) paste reparaties van fouten  toe  geleverd  door
       Willem Kasdorp (wkasdo@nikhefk.nikef.nl).

       30  april  1994  -  23  februari  2000: Wilf. (G.Wilford@ee.surrey.ac.uk) heeft dit pakket
       ontwikkeld en onderhouden met hulp van een aantal toegewijde mensen.

       30 oktober 1996 - 30 maart 2001: Fabrizio  Polacco  <fpolacco@debian.org>  onderhoudde  en
       verbeterde dit pakket voor het Debian-project met behulp van de gehele gemeenschap.

       31 Maart 2001 - heden: Colin Watson <cjwatson@debian.org> ontwikkelt en onderhoudt man-db.